Dag 15: Marrakech
Vandaag was een zeer zware dag voor ons. De motoren hadden een day off (road), maar wij werden op de proef gesteld.
Naarmate het eind van de reis in zicht komt, wordt het belangrijker wat souvenirs te scoren.
Maar dan hebben we het wel over 6 dames!
Nu is Marrakech wel 'the place to be' om iets bijzonders te bemachtigen, dachten wij.
Vlakbij ons hotel (Grand Hoter Tazi) is het bekende plein Djermaa El Fna, dat bol staat van de activiteiten en massa's mensen trekt. Gisteravond hier gegeten. Er stonden gisteravond meer dan 100 eettentjes met fel licht uit spaarlampen en overal werd je naar binnen getrokken om er iets te eten.
Toen we bij een restaurant niet bediend werden, zijn we maar bezweken voor een uitnodiging voor nuttiging van voedsel op de markt.
Je mag kiezen uit wat er open en bloot in een marktkraam uitgestald ligt (ook soorten vlees), maar los daarvan krijg je allerlei onbestelde zaken voorgezet, dat je later natuurlijk weer op de rekening terug vindt.
Vanmorgen waren alle kraampjes weg en was het plein tot onze verrassing helemaal schoon en leeg. Maar vanmiddag werd alles weer keurig opgetuigd en zo gaat het maar door, dag in dag uit.
Voor mannen is het toch al geen feest lang langs winkeltjes te moeten slenteren, zoals vrouwen dat hele dagen kunnen volhouden, voor motormannen is dat echt een opgave.
Bovendien worden we bij elke shop aangesproken: 'Hello, how are you', 'Where are you from', en dat soort goedbedoelde beleefdheden.
Wij antwoorden nu dat we uit China komen. Maar hun ongeloofgaat danonmiddellijkgepaardmet een chinees gebaar of geluid. En zo hebben we samen weer lol.
Er is een overvloed aan spullen, maar met bijna alles hoeven we niet thuis te komen. Dat weten Peter en ikuit eigen ervaring.
Om enige orde in deze dag te scheppen volgen we een aanbevolen route van de Lonely Planet.
We gaan door de medina en later de kasbah. Het komt ons nu wel bekend voor, hoewel het hier duidelijk anders is dan in bijvoorbeeld Fes.
Het zal blijken uit de foto's.
We moeten echter ookonszelf verzorgen. Peter heeft daarom vanmorgen zijn oude schoenen eens laten poetsen. Ze zien er weer als nieuw uit! Dat heb ik ook laten doen met mijn motorlaarzen. Was een uitdaging voor de poetser, maar ook die zien er nu uit als nooit tevoren.
Aan het eind van de middag weer op zoek naar ons dagelijks internet cafe. Die zijn hier overal, zelfs in dorpjes in de woestijn. Thuis telefoon of ADSL hebben is geen gemeengoed, mobieltjes wel. In veel dorpen is slechts een 'teleboutique', waar een telefoonaansluiting is.
En om sommige bezoekers van onze site te laten zien wie we echt zijn, hebben we gisteravond een foto van ons beide 'in burger' laten maken.
Met de souvenirs zijn we nog niet helemaal rond. We kunnen zo nog niet thuis komen.
Dag 14: Marrakech: terug de Atlas over (218 / 4889 km)
Allah is goed, Jes is gelukkig beter. Dus vertrokken we weer geheel volgens ons vaste ritme om 0830, na het standaard ontbijt (koffie, brrod, abrikozen jam en jus d'orange/ waarom hebben ze nergens eens iets anders....). Ik bracht eerst nog even wat 'glow in the dark' armbandjes als cadeautje voor Peter Buitelaar's dochtertje (van Bikershome) langs.
De mooie route van vandaag bracht ons naar Marrakech over de Tizi n' Tichka pas en door de Ourika vallei. Ik dacht dat we het nu wel zo'n beetje gehad zouden hebben met mooie stukken weg voor de motor, maar niets was minder waar. Ook nu waren de bochten weer spectaculair voor motorrijders en de uitzichten zo mogelijk nog spectaculairder. Zoveel kleuren in allerlei lagen en met op de verre achtergrond de besneeuwde toppen van de hoge Atlas waar we de pas nemen. (als je op Google Earth dit gebied bekijkt zie je al die kleuren ook, maar dan denk je misschien dat het kleurverschil door de satellietfoto's komt).
Het is onbegrijpenlijk waarom er niet veel meer motorrijders dit land bezoeken. Dit land is zoveel mooier dan de Dolomieten en Route 66 bij elkaar. We zijn trouwens vandaag al wel meer motorrijders tegen gekomen dan in alle voorgaande dagen bij elkaar, echter wel in tegengestelde richting. De Spanjolen hebben namelijk vrij. Het was direct merkbaar dat we het relatief rustige woestijngebied hebben verlaten want gaandeweg kwamen we meer toeristen tegen. De temperatuur werd een stuk lager en de omgeving veel groener.
Onderweg hebben we een bezoekje gebracht aan de prachtige Aid Ben Haddou kasbah waarvoor we een omweg hebben gemaakt. Het is een van de acht Unesco heritage lokaties van Marokko. De meeste hebben we deze reis bezocht of gaan deze nog bezoeken.
De bergroute was voor mij vooral ook spannend omdat het benzinepeil van m'n motor laag was. Ik kon nog zo'n 60 km rijden en ik dacht dat we voor dat de benzine op was wel een tankstation tegen zouden komen. Dat bleek niet het geval en zat ik met samengeknepen billen van de spanning kilometer na kilometer te hopen op een tankstation. Uiteindelijk heb ik met een bijna lege tank nog 120 km ipv de 60 af kunnen. Bij het tankstation lunchten we ook en spraken we met wat Spaanse endurorijders, die net als wij terugkwamen uit de woestijn. Zij hadden bijna geheel off road gereden (hadden daar ook de motoren voor met dito noppenbanden). Het gaf ons een goed gevoel toen ze ons vertelden dat ze ook om moesten keren op het zelfde punt als wij (zie dag 11).
Aan het begin van de middag kwamen we aan in Marrakech. Het is een stad in een grote chaos. Met weemoed dacht ik al terug aan de woestijn. Een jochie op een brommer escorteerde ons (voor 7 euro) naar een hotel vlak bij het beroemde Dermaa El Fna plein. De prijzen liggen horer dan we gewend zijn. Nu in dit internetcafe kan je het lawaai van de omgeving goed horen. Veel toeristen tussen traditioneel geklede bevolking: een rare mengelmoes. We gaan zo het plein op om her en der iets te snacken en gaan morgen de stad verder bekijken.
Dag 13: Zagora en de zandstorm (318 / 4671 km)
Het moet voor de lezers van onze stukjes haast saai worden weer te moeten lezen dat we een prachtige tocht gemaakt hebben met spectaculaire vergezichten. We kunnen verwijzen naar de foto's om een indruk te krijgen, maar daarop wordt alles plat. (doen we ook bij ruige pistes: foto maken en alles is plat ;-)
Maar het wasecht weer een fantastische tocht.
We reden vanuit Ouarzazate naar het zuiden naar Zagora. Eerst een kaal en ruig bergachtig gebied, later meer woestijnachtig. We volgden de Draa vallei. De Draa is de langste rivier van Marokko, maar voordat deze de oceaan bereikt, is die al verdampt of leeggelopen in de woestijn.
Bij het maken van een foto werden we ineens besprongen door twee mannekes die ons hun huisdiertjes wilden laten zien: een leguaan en een kameleon. Maar even naar geluisterd en ze een paar dirham gegeven om er weer netjes vanaf te komen.
Ik zou het hierbij kunnen laten, maar toen we zaten te lunchen in Zagora stak er (gelukkig, voor de lezer) een felle zandstorm op. Eerst leek het bewolkt te worden, later mistig, maar grote hoeveelheden zand vlogen door de straten. Iedereen zocht een veilig heenkomen, wij ook: onze inmiddels zeer vertrouwde motor. Veel keus hadden we niet.
Eerst wilde Peter het bord vinden waarop aangekondigd wordt dat je van hieruit in 52 dagen per kameel naar Timboektoe kunt gaan. Maar waarom zou een mens naar Timboek toe?
In de zandstorm toch maar even een foto gemaakt.
De terugreis was zeer heftig. Felle windstoten en het zand belemmerde soms het zicht.
We hadden de hele breedte van de weg(helft) nodig om op het asfalt te blijven. Ook op rechte stukken flink schuin hangen. Het was hard werken, af en toe wel link, but we survived.
In Oarzazate aangekomen bezochten we een Nederlander, die ons gisteren achterop reed. Hij heeft hier het Bikershome opgezet en organiseert (off road) motortochten of onderdak en hulp voor bikers. Heel enthousiast vertelt hij over zijn werk en liefhebberij. Hij is een paar jaar geleden getrouwd met een marokkaanse, maar moest daarvoor wel moslim worden. Dat is slechts een formaliteit die je op de ambassade kunt afhandelen.
Verder lijkt hij me helemaal van Allah los.
Diezelfde Allah was mij goed gezind. Ik voel me alweer wat beter dan gisteren. Volgens Peter zie ik er ook weer wat beter uit.
Dag 12: Ouarzazate: Jes heeft de griep (252 / 4353 km)
De zware dag van gisteren heeft vandaag bij Jes zijn tol geeist. Helaas heeft de beginnende eerdere keelpijn zich doorgezet na de vermoeiende off road trip in de bergen van gisteren. Vandaag dus rustig aan gedaan en de Gorges des Dades bekeken. Voordat we deze kloof in konden rijden eerst een stuk van55 km door woestijnachtig gebied. Dit stuk hadden we, als we gisteren niet waren omgekeerd, dwars door de bergen via off road paden af moeten leggen. We realiseeren ons dat we er goed aan hebben gedaan dat we dit parcoursniethebben doorgereden.
De Dadeskloof gaat zo'n60 km de besneeuwde hoge Atlasbergen in. Langs het riviertje de Dades zijn er verscheidene kleine dorpjes allen van roodachtige leem. Het riviertje is omgeven met palmbomen en fruitbomen, die nu in een mooie roze bloesem staan. Na de kloof reden we verder door naar Skoura waar de wekelijkse markt vandaag zou zijn. Het bleek een grote rommel te zijn, wat echter heel normaal is voor de lokale markten hier. Na een korte wandeling over deze markt stapten we snel weer op de motor. De gezondheid van Jes werd er namelijk ook niet beter op. We lieten de kasbah van Skoura dan ook voor wat die was (waarschijnlijk een vierkant oud fort van leem) en reden naar Ouarzazate om een hotel te vinden waar Jes het bed in kon duiken (en ik in het ijskoude zwembad).
Onderweg kwamen we nog wel in een aardige zandstorm in de vorm van, volgens mij een cycloon, terecht. Dit event was overigens maar van korte duur omdat we er snel doorheen reden. De wind was overigens vandaag wel heel hard en frontaal. Het was ook iets koeler, maar nog steeds erg lekker.
Morgen maar zien hoe de vlag er bij hangt en wat we op het programma gaan zetten.
dag 11: Tinerhir: de bergpiste heeft ons verslagen (294 / 4101 km)
Natuurlijk, Marian, hebben vrouwen hier geen belangstelling voor motorfietsen. Ze hebben wel wat anders aan hun hoofd.....
Nu we het toch weer over vrouwen hebben, gisteravond sprak ik met een keurige Marokkaan, sprak uitstekend Engels en had gestudeerd, etc. Hij vroeg wat we van Marokko vonden. Na mijn positief oordeel viel hij me bij: iedereen is vriendelijk en praat tegen je en jij kunt ook met iedereen spreken. 'Iedereen?' vroeg ik natuurlijk. 'Ja iedereen!' bevestigde de man. 'Maar vrouwen krijgen we niet te spreken, toch goed voor de helft van de bevolking. Hoe zit dat?'
'Eh, dat is een probleem' en de man ging over op een ander onderwerp.
En nu we het dan over andere onderwerpen hebben, ik had graag gemeld dat deze bikkels het weer gemaakt hebben vandaag, maar helaas, ze hebben het niet gemaakt.
Vol goede moed vertrokken uit Erfoud. We zouden naar Ouarzazate rijden, ruim 300 km. Maar onze navigator {ik noem even geen namen) koos de richting Er Rachidia, waar we eerder vandaan kwamen. Maar deze omweg was zeker de moeite waard! Woestijngebied en bergen op de achtergond rechts, links vooral vlakte. Roodgekleurd zand en rotsen. Zonnetje erbij en we genoten er weer van.
Bij Tinerhir aangekomen zijn we rechtsaf geslagen pm via de Todra Gorges naar het noorden te rijden. Een spectaculair gebied met steile rotsen en smalle doorgangen.
Een mooie plek gezocht om even te lunchen met brood en de laatste tonijn van Peter. Bleek ook de eerste tonijn van de reis te zijn.
We zouden doorrijden en via een wit weggetje over een bergrug gaan naar het westen om zo in de Dades valley te komen. Dan zouden we weer naar het zuiden gaan om de weg naar Ouarzazate te vervolgen.
We werden aangehouden door twee mannen. Een van hen wilde meerijden naar en dorp een paar kilometer verderop. Peter was weer zo sociaal om het mannetje mee achterop te nemen.
De weg bij de Todra gorges werd steeds smaller en bleek gedeeltelijk te zijn weggespoeld. We moesten even via de (droge) rivierbedding om verderop weer op de weg te komen. Die passagier kwam niet echt gelegen.
Maar het manneke wist ons de weg te wijzen naar het witte weggetje. Hoewel we zijn woonplaats al gepasseerd waren, ging hij nog een stukje mee om de weg te wijzen. Hij ging terug lopen. Toch een paar kilometer...
De weg of het pad werd steeds slechter. Toen hij afscheid nam gaf hij aan dat het best te doen was met motoren. We zouden nog zo'n 45 km deze weg moeten vervolgen. In het begin zou het wat slechter zijn, maar verderop wordt het beter.
We moesten een bergweg op, een piste, maar hadden geen ski's of winterbanden. Sneeuw zagen we niet, maar wel grote keien, hoge stoepranden waar we overheen moesten om de berg op te komen en en passant haarspeldbochten nemen.
Het werd een gevecht tegen de steenmassa's. Meter voor meter moesten we veroveren. De koppeling begon onaangenaam te stinken. De motoren met bagage waren veel te zwaar voor dit traject.
Een 4WD kwam van de andere kant. De Franse bestuurder gaf aan dat het een mooie, maar toch wel lastige tocht was. Nog 3,5 uur zei hij om ons te bemoedigen.
De vermoeidheid sloeg toe. Wij terugslaan, maar het bleek niet te baten.
Wij keken elkaar diep in de ogen: vinden wij dit leuk? Een eensluidend en hartgrondig Nee was het resultaat.
We wisten niet hoe lang we deze martelgang nog moesten voortzetten als we doorgingen, we wisten wel hoe de weg terug was, hoewel we er tegenop zagen om weer al die hobbels te moeten nemen.
We gaven ons gewonnen en besloten terug te gaan.
Met moeite kwamen we weer op enigszins begaanbare ondergrond. Het mannetje dat ons de weg gewezen had, liep er nog en kon de laatste kilometer naar huis weer met Peter meerijden.
We waren helemaal stuk.
Weer in Tinerhir aangekomen, zijn we het eerste (niet het beste) hotel ingedoken.
RUST.
Dag 10: Erg Chebbi: zand happen in de Sahara (264 / 3807 km)
Net vanuit een ander internetcafe gestart, maar vanwege de gekmakende lage snelheid daar nu in een ander cybercafe beland. Gelukkig stinkt het hier alleen maar naar kattenpis maar is de snelheid beter. Onderweg hiernaartoe even geen bekenden tegengekmen want we zijn nog steeds in Erfoud en de lokale bevolking en dan met name de handelende Bebers en Touaregs benaderen ons tot vervelens toe om allerlei rommel van hen te kopen. Sowieso is het verbazingwekkend hoe snel er overal allerlei mannetjes voor je neus staan om hun waar aan te bieden. Zo reden we vandaag door een totaal leeg landschap in de woestijn en we stopten even om wat fotos te maken en voordat Jes de tweede panoramafoto kon nemen stond er weer iemand met wat fossielstenen voor zijn neus. De handel die deze persoon aanbood was ook nog eens vele malen duurder dan in de stad of het dorp. We scheurden dus maar snel weer verder, roepend 'La soekran' (nee bedankt).
Vandaag rustig aangedaan en 264 km gereden in de woestijn. Het was opnieuw een hoogtepunt. De echte woestijn reden we in en bij Erg Chebbi waren we midden in de grote zandbak terecht gekomen. Erg Chebbi is een enorme duinenformatie met gigantische duinen die licht lijken te geven; Je kan er alleen komen via enkele pistes. Lekker gescheurd over de piste en ook daarnaast al viel dat niet altijd mee. We probeerden eerder op de dag ergens al een stukje uit met veel bochten en kuilen en we kwamen al snel tot de conclusie dat het voor ons en onze zware motoren niet echt wat was. Echter rondom de zandduinen waren de pistes harder en breder en ging het super. We haalden op een recht stuk 120 km/uur. Waanzin als je bedenkt dat de Dakarracers 180 tot 200 km/uur halen. Toen we in Merzouga waren was het pisterijden voor Jesal weer meer dan genoeg geweest.
De tocht van vandaag liep door enkele oaseplaatsen oa Rissani waar we een oud lemen koninklijkpaleis bezochten, althans wat er nog van over is. We werden er als enige toeristen (we zien eigenlijk in het geheel nergens andere toeristen) rondgeleid door een man die er met zijn gezin woonde. Zoals overal vergane glorie en een vervallen stoffige bende met her en der mooie mozaiek plafonds. Verderop onderweg stuitten we plotseling op een groep loslopende dromedarissen (ja met 1 bult), die zomaar op en naast de rijweg liepen te grazen. Mooi gezicht en erg verassend om dit mee te maken in de woestijn.
Verder is het ook opvallend dat bijna alle vrouwen hier zeer zwaar en in het zwart gesluiert zijn. De mannen zijn veelal Touaregs en dragen mooe blauwe gewaden en kleurrijke tulbandachtige sjaals om hun hoofd en nek. De lunch gebruikt in Rissani waar uiteraard gelijk weer iemand bereid was om op onze motoren te passen terwijl we er zelf direct naast aan een tafeltje zaten. We konden het de oppasser niet aan zijn verstand brengen dat een oppas dus niet nodig was, maar daar kwam hij tot zij woede achter toen we na de lunch wegscheurden. Hier dit keergeen vriend gemaakt.
Wat we nog wel willen zeggen is dat we het heel leuk vindenomreacties te krijgen en te lezen. We kunnen helaas niet reageren op afzonderlijke reacties.Morgen gaan we op pad richting Ouarzezate.
Dag 9: Erfoud (429 / 3543 km)
Weer een verhaal van de Vrije Jongens in de Atlas.
Over drank gesproken: We hebben ons gisteravond lekker bezat met biertjes van Heineken of de plaatselijke brouwerij. Piepkleine flesjes, zo klein dat je ze zelfs in Nederland niet ziet (met het blote oog). We namen afscheid van onze Ierse vriend Mike, die met zijn GS naar Zuid-Afrika gaat en weer terug.
Vanmorgen Fes verlaten in zuidelijke richting.
Peter heeft 5 roadblocks geteld, maar als toerist word je vriendelijk doorgelaten, zelfs Peter.
De eerstre stop was in Ifrane, een opvallend Europees plaatsje. Zou een Zwitsers dorpje kunnen zijn met huizen met puntdaken. Bergachtig gebied.
Allengs werd het landschap kaler en verdwenen de bomen (niet dat ze er ooit gestaan hebben). Maar wij stegen naar ongekende hoogte, wel 2000 meter en dat zou een hele tijd zo blijven.
We gingen over de Midden-Atlas en dan over een hoogvlakte, die er uit zag als een maanlandschap. Geweldig! In Midelt even gestopt voot de lunch. Een warm aangeklede dame sprak ons in het Frans toe. We hadden de keus tussen het dagmenu.
Weer aan het gas. De lucht was wat betrokken en zanderig. Daardoor konden we nog net de besneeuwde toppen van de Hoge Atlas zien, terwijl we toch dicht bij de woestijn waren.
Genietend van de schitterende vergezichten werden we opeens aangehouden door een paar Marokkanen metpech. Of wij een van hen mee konden nemen. Hij moest op tijd op zijn werk zijn. Peter is dan de beroerdste niet en nam de vent achterop, wij dachten tot het eerste dorp of zo. Mis, hij moest 140 km verderop zijn, in Merzouga. Met hem nog wel enkele keren gestopt voor foto`s zoals bij gorges en een meer.
Een smoes om hem te lossenwas gauw gevonden en we 'besloten' in Er Rachidia te blijven. Toch wel zo`n 80km. Hij had natuurlijk begrip voor onze situatie en bedankte door ons uit te nodigen voor thee. Hij zou verder gaan per taxi.
Toen wij vermoedden dat hij met de taxi onderweg zou zijn, vervolgden wij onze reis naar Erfoud (dezelfde weg als van onze lifter.....). Naast de weg was een lange strook met talloze palmbomen.Het landschap werd steeds woestijnachtiger.
Peter rook de Sahara, reed voorop en was niet meer te houden.
Nu staan we aan de rand van de grote zandbak. Peter heeft zijn zwembroek, emmertje en schepje al klaar liggen. Wat een strand, wat een strand.....
Morgen gaan we in het zand spelen.
.
Dag 8, Fes (slenteren is nog vermoeiender dan motorrijden)
Gefeliciteerd met je verjaardag Mam!
Vandaag blijft de motor in de stal. We gaan Fes verkennen. Gisteravond een gids besteld die er vanmorgen niet was. Dat vonden we niet erg want we kunnen zelf de meeste dingen, ook in de medina wel vinden. Desondanks een student blij gemaakt door hem voor een derde van het normale tarief ons wat zaken te laten zien. Duizenden winkeltjes in de soeks van de medina en veel plaatsen waar allerlei handwerkslieden druk doende waren (koperslagers, leerbewerkers, wevers, naaiers, gidsen, rommelaars, etenbereiders etc). Het is een compleet andere wereld dan wat wij gewend zijn: erg leuk! Jes liet zich op straat knippen en het werd waarempel ook nog wat (wel korter dan ooit). Veel kleuren, geuren, geluiden en nieuwe indrukken hier. De studentgids vertelde ons dat hij graag eens een avond in Amsterdam zou willen zijn. Op onze vraag waarom wel, antwoordde hij dat hij dan mooie hash zou kunnen roken. Dat vonden we erg vreemd want in Marokko is in het Rif gebergte namelijk ruim voldoende te kopen zeiden wij. Met name in Ketala waar wij nog plezierig koffie hadden gedronken zeiden we. Hij reageerde geschrokken dat hij daar nooit naar toe zou gaan omdat er geen politie was (klopte wel) en omdat zijn keel daar doorgesneden zou worden. Wij hebben hier allemaal echter geen last van gehad, toen wij er waren...(onze kelen hebben we nog steeds).
Gisteravond in het hotel met een Ierse collega BMW-rijder kennis gemaakt die bezig was met een solotocht van Ierland naar Zuid-Afrika en van daaruit langs de oostzijde van Afrika weer terug. Mooi avontuur waar hij een jaar voor uitgetrokken heeft. Dan valt ons tripje daarbij in het niet. Vanavond gaan we nog een biertje met hem drinken. Gisteren in Taza trouwens een groepje Duitse motorrijders gesproken die er met KTM en BMW machines net 3 weken woestijn op had zitten. Met name 1 man had al 20 jaar Afrika ervaring met motoren en hij vertelde ons van mooie routes die we kunnen gaan nemen en van de gevaren van regen in de woestijn (er verdrinken in de woestijn meer mensen dan dat er van dorst omkomen bijvoorbeeld).
Het weer is weer prima, er is alleen sprake van gesluierde bevolking ;-)
Chris: we doen erg ons beste te schrijven zonder vouten maar je moet er wel rekening mee houden dat we hier geendrank hebben en daarnaast met een arabisch toetsenbord werken in een internetcafe waar in 3 m2 19 pc.s geplaatst zijn en waar bij de ingang regelmatig een grote groep mannen op de knieeen naar het oosten toe allerlei kreten slaken.
Frits: goede tip van die tekens, maar het klopt we zijn eigenwijs en we denken het nu te weten , terwijl we al wel 3 typen toetsenborden zijn tegengekomen
Maartje: toen ik at las ik van jou atlas waarin je zocht naar de atlas. Google maps laat ons even in de steek, maar leuk dat je ons toch weet te vinden